De Malus domestica ‘Cox’s Orange Pippin’ is een ras dat het goed doet in onze koele streken. Een jonge boom groeit de eerste jaren snel. De kroon is vrij breed en open. De bloei van deze boom is langdurig. Hij is niet zelfbestuivend
Hij is vroeg dragend, niet te sterk snoeien bevorderd bij de jonge boom de productiviteit. De Cox’s heeft een wat kleinere appel met een zeer goede smaak, vast vruchtvlees en is erg sappig. De schil van de rijpe appel is geel met een oranjerode blos. De appel kan gebruikt worden als goede handappel, moesappel en sapappel.
Indien de vruchten een tijd bewaard worden, pluk ze dan niet te vroeg.
Specificaties
Bloeitijd:
- April – mei
Rijptijd/pluktijd:
- Half september tot begin oktober
Snoeien:
- Maak bij het snoeien van de appelboom gebruik van de techniek ‘vormsnoeien’. Het doel van dit snoeiproces is het vormen van een mooie, ronde boomkroon met sterke gesteltakken. Bij een jonge boom zijn het de twijgen die als toekomstige gesteltakken dienen. Snoei het jonge boompje zo, dat sterkte gesteltakken in een mooie vorm kunnen groeien. Kies voor vier-zes gesteltakken en snoei elke verlenging van de gesteltakken jaarlijks voor de helft in.
Zorg dat er voldoende ruimte blijft tussen de gesteltakken en groeiende zijtakken zodat er voldoende zonlicht en ruimte in de kroon komt.
Bijzonderheden
- Appel met een erg goede smaak
- Hand, moes en sap appel
- Geel/rode appel
- Langdurige bloei
- Vast vruchtvlees en erg sappig
