Ingrediënten
- Springvorm van 24 cm
- Deeg:
- 350 gram bloem
- 250 gram koude (room)boter in stukjes
- 175 gram suiker
- beetje zout
- paneermeel
- 2 eieren
- Vulling:
- 8 appels bijv. goudrenetten, maar dit kan ook een andere soort zijn.
- 100 gram suiker
- 100 gram rozijnen
- beetje kaneel
Voorbereiden
Verwarm de oven voor op 180 graden. Kneed de boter, bloem, suiker, zout en 1 ei tot een samenhangende bal. Leg deze ongeveer een half uur in de koelkast. Schil de appels en snijd ze in stukjes. Neem vervolgens het bakblik en vet deze in met boter en bestrooi het bakblik met paneermeel. Er mag geen boter meer zichtbaar zijn!
Laat de rozijnen wellen in een kommetje handwarm water. Haal het deeg uit de koelkast en rol deze plat op een ondergrond die je bestoven hebt met bloem. Bekleed het bakblik met het deeg, overal een dunne laag, en leg wat je overhoud apart. Meng de stukjes appel, rozijnen, suiker en kaneel door elkaar. Vul het bakblik tot bijna aan de rand met het mengsel. Rol nu het deeg dat je overhad weer uit op de bebloemde ondergrond. Snijd hiervan lange, smalle reepjes en leg deze kruislings over de vulling heen en druk de randjes een beetje aan. Klop het ei los en strijk het met een kwastje over het deeg zodat de taart een mooie kleur krijgt. Zet de taart 75 minuten in de oven.
Serveren
Serveer de appeltaart met zelfgemaakte kaneelroom. Dat maak je door slagroom, kaneel en een beetje suiker te mengen.
Eenmaal afgebakken is de taart goed in te vriezen.